Kundalini in Religies en Spirituele stromingen
Het woord Kundalini is afgeleid van een Sanskriet woord ‘Kundal’, dat opgerold betekent. Het is de oer-energie die latent aanwezig is in de basis van de wervelkolom, in het driehoekige bot ofwel het sacrum. De Latijnse naam ‘Os Sacrum’ suggereert dat het een heilig of heilig deel van het lichaam is.
De oorsprong van het woord ‘sacrum’
De Romeinen noemden het bot het ‘os sacrum’ (heilig been) als een directe vertaling van de oudere Griekse woorden ´hieron osteon´. Verklaringen van de eigenschappen van ‘heilig’ hebben in het verleden geleid tot misinterpretaties van het Griekse woord ‘Hieron’, van het gebruik van het bot in offerrituelen, van de rol van het bot bij het beschermen van de genitaliën (die zelf als heilig worden beschouwd ) en van de noodzaak van de ongeschondenheid van dit bot als een nidus, een oorspronkelijke bron, voor verrijzenis op de dag van het Laatste Oordeel. Een meer aannemelijke verklaring kan zijn dat de heiligheid van het sacrale bot een symbolisch teken was ontleend aan de oude Egyptenaren, die dit bot als het heilige bot van Osiris beschouwde, de God van de verrijzenis en van de landbouw .
In het Westen wordt Sacrum gesymboliseerd door het teken van Aquarius en door de Heilige Graal, de kelk van het levenswater.
De Kundalini, die de boom van het leven in ons voedt, is als een opgerolde slang en wordt daarom ‘The Serpent Power’ genoemd. Het staat tot in de kleinste details beschreven in de Upanishads.
Kundalini is de zetel van de absolute universele kennis. Het bewustzijn van deze fundamentele Kundalini-energie in het menselijk lichaam werd door de wijzen en heiligen beschouwd als de hoogste kennis. De Kundalini en de Chakra’s zijn uitgebreid en levendig beschreven in Vedische en Tantrische teksten.
De symbolen van Kundalini zijn te vinden in veel verschillende culturele erfenissen zoals de serpent van Mercury, die een alchemisch symbool is voor het proces van psychische metamorfose. De Gnostici hebben de slang gezien als een symbool voor de wervelkolom .
In de oude Griekse mythologie, en later in de Romeinse mythologie, vinden we Asklepius, de god van genezing. In zijn hand houdt hij een staf die is verstrengeld met één, soms met twee slangen. Waarom staat volgens de Grieken dit symbool verwant aan genezing? De staf vertegenwoordigt de centrale steun van het menselijk lichaam of de wervelkolom (de fysieke locatie van de Sushumna). In Athene had Asklepius een caduceus in zijn hand: een staf die door twee slangen wordt omwonden. Deze slangen symboliseren de Kundalini die zich door een spiraalvormige dubbele schroefbeweging langs het centrale subtiele kanaal omhoog beweegt.
Adi Sankaracharya, een Hindu filosoof van de Advaita Vedanta School uit de 7e-8e eeuw n. Chr., schrijft in zijn tantrische tekstboek ‘Saundarya Lahari’ (Golven van Schoonheid):
“Nadat de wegen van de Nadi’s zijn gevuld met een douche van nectar (Amrit) die uit de Lotusvoeten stroomt, en U uw eigen positie heeft hervat vanuit de indrukwekkende maanregio’s en U zichzelf voorstelt in de vorm van een slang die drie-en-een-half keer opgerold ligt, slaapt u in de holte van Kula Kunda (Kula Kunda betekent de holte van het Mooladhara Sacrum bot).”
“U verblijft in geheimhouding met Uw Heer (De Spirit) in de duizendbladige Lotus, wanneer de Aarde is doorboort, gelegen in ‘Mooladhara ‘, het aanhoudende Vuur in Svadhisthana , het Water in Manipura, de Lucht in het Hart (‘Anahata’), de Ether boven (Visshuddhi) en ‘Manas’ tussen de wenkbrauwen (‘Agnya’) en dus het gehele ‘Kula Path’ heeft doorbroken. ‘
Gyaneshwara, een heilige Maharashtra geboren rond 1275 n.Chr.beschrijft Kundalini in het zesde hoofdstuk van zijn beroemde boek ‘Gyaneshwari’. Hij schreef:
‘Kundalini is een van de grootste energieën. Het hele lichaam van de beoefenaar begint te gloeien door de stijging van de Kundalini. Daardoor verdwijnen ongewenste onzuiverheden in het lichaam. Het lichaam van de beoefenaar lijkt plotseling heel gebalanceerd, de ogen zijn helder en aantrekkelijk en de oogballen glanzen. ‘
– (Gyaneshwari, hoofdstuk VI).
Kundalini in Islam
Profeet Mohammed sprak over de dag van opstanding: …´en de handen zullen spreken’. ‘Op die dag plaatsen we een zegel op hun mond, maar hun handen zullen tegen ons praten en hun handen zijn getuigen van alles wat ze hebben gedaan.’
Wanneer Kundalini-ontwaking plaatsvindt, kan de stroom van energie worden gevoeld als koele trillingen in de handen en verschillende chakra’s kunnen worden ervaren in delen van de handen en/of vingers.
Opmerking:
Er zijn 4 secondaire chakra’s te vinden in de handen en de voeten: 2 in de hielen en 2 in de handen onder de handwortelbeentjes in de pols.De functie van deze chakra’s is uitladen en verspreiding van energie. Deze chakra’s worden gebruikt in Maha Kundalini Tantra als energetische beamers.
Kundalini in Christendom
Christenen noemden de Kundalini-energie een weerspiegeling van de Heilige Geest en aanbeden haar manifestaties als vlammen over de hoofden van de apostelen tijdens de hereniging op Pinksteren.
Jezus
Het symbool van het Oude Testament wordt in het christendom belangrijk wanneer Christus de opwekking van Kundalini voorstelt, niet alleen voor de stam van Israël, maar ook voor het waardige lot van alle christenen: “En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, alzo moet de Zoon des mensen verhoogd worden; Opdat een ieder die in hem gelooft, niet zal vergaan, maar het eeuwige leven hebben ” (Johannes 3:14-15)
Jezus zegt zeer helder in het gnostische Evangelie van Thomas en elders, dat ‘De Heilige Geest is Mijn Moeder’. ‘Het Koninkrijk Gods is in u’ (Lukas 17:21).
Kundalini in Jodendom
Moses
Mozes zag de Kundalini-energie o.a. in de vorm van de brandende struik. Tijdens de uittocht verloren de Israëlieten het geloof en werden zij door vurige slangen geslagen, waarop God tegen Mozes zei: “Maak u een vurige slang, en stel ze op een stang; en het zal geschieden, dat al wie gebeten is, als hij haar aanziet, zo zal hij leven. En Mozes maakte een koperen slang en bevestigde deze op een stang, en een ieder die door een slang gebeten was en opkeek naar de koperen slang, bleef in leven”.
Dit is een zeer heldere en gedetailleerde beschrijving van de helende eigenschappen van de ontwaakte Kundalini. Sommige van de Israëlieten begonnen zelfs het symbool van de slang op de stok te aanbidden. De beoefening van het aanbidden van de koperen slang als een god werd ook doorgegeven aan volgende generaties of werd later herleefd. Bronzen, koperen en stenen slangen als kunstvoorwerp zijn gevonden tijdens opgravingen in Kanaän, Gezer en andere delen van Israël.
En de Engel des HEEREN verscheen hem in een vuurvlam uit het midden van een braambos; en hij zag, en ziet, het braambos brandde in het vuur, en het braambos werd niet verteerd. En Mozes zeide: Ik zal mij nu daarheen wenden, en bezien dat grote gezicht, waarom het braambos niet verbrandt. Toen de HEERE zag, dat hij zich daarheen wendde, om te bezien, zo riep God tot hem uit het midden van het braambos, en zeide: Mozes, Mozes! En hij zeide: Zie, hier ben ik!
En Hij zeide: Nader hier niet toe; trek uw schoenen uit van uw voeten; want de plaats, waarop gij staat, is heilig land’.
(Exodus 3:2-5)
‘Toen Mozes zijn hand uitstrekte over de zee, zo deed de HEERE de zee weggaan, door een sterken oostenwind, dien gansen nacht, en maakte de zee droog, en de wateren werden gekliefd’. (Exodus 14:21)
‘En de kinderen Israëls zijn ingegaan in het midden van de zee, op het droge; en de wateren waren hun een muur, aan hun rechter hand en aan hun linkerhand’. (Exodus 14:22)
En God zei tegen Mozes: ‘….en van den Geest, die op u is, zal Ik afzonderen, en op hen leggen;’
(Numeri 11:17)
‘En de HEERE zeide tot hem: Wat is er in uw hand? En hij zeide: Een staf.
En Hij zeide: Werp hem ter aarde. En hij wierp hem ter aarde! Toen werd hij tot een slang; en Mozes vlood van haar. Toen zeide de HEERE tot Mozes: Strek uw hand uit, en grijp haar bij haar staart! Toen strekte hij zijn hand uit, en vatte haar, en zij werd tot een staf in zijn hand’.
(Exodus 4:2-4)
Elia’
Toen nam Elia zijn mantel, en wond hem samen, en sloeg het water, en het werd herwaarts en derwaarts verdeeld; en zij beiden gingen er door op het droge. Het geschiedde nu, als zij overgekomen waren, dat Elia zeide tot Elisa: Begeer wat ik u doen zal, eer ik van bij u weggenomen worde. En Elisa zeide: Dat toch twee delen van uw geest op mij zijn!
En hij zeide: Gij hebt een harde zaak begeerd; indien gij mij zult zien, als ik van bij u weggenomen worde, het zal u alzo geschieden; doch zo niet, het zal niet geschieden.
En het gebeurde, als zij voortgingen, gaande en sprekende, ziet, zo was er een vurige wagen met vurige paarden, die tussen hen beiden scheiding maakten. Alzo voer Elia met een onweder ten hemel’. (2 Koningen 2:8-11)
Kundalini in Taoisme
In de Tao Te Ching wordt de oorspronkelijke oer Kundalini-energie beschreven als die van een moeder. Lao Tze beschreef Kundalini als de “Geest van de vallei” (waarin de Sushumna- nadi stroomt). De energie van de vallei sterft nooit. Het spirituele instrument in ons kan worden beschreven als een microkosmos (miniatuur vorm van creatie) die ons verbindt met de Universele Spirit. De oude esoterische tekst “Het geheim van de Gouden Bloem” die is geschreven door Lü Dongbin spreekt ook over de gevolgen van de ontwaakte Kundalini- energie.
Kundalini in Boedhisme
Boeddha sprak over het ‘middenpad’ om nirvana te bereiken. Hij beschrijft eigenlijk het centrale kanaal/ nadi (Sushumna) waardoor de Kundalini stijgt. Later vonden boeddhistische meesters dat het bestaan van het pad van bevrijding binnen een mens het grootste geheim was. Zij gaven het door aan slechts een paar verdienstelijke discipelen.
Slechts enkele scholen binnen het Boeddhisme zoals de Tibetaanse Vajrayana spreken over Kundalini als Chandali, het innerlijke vuur, de innerlijke hitte.
Boeddhisten geloven dat een veilige Kundalini-ontwaking een sterke focus verlangt op onzelfzuchtige liefde. Als we ons bewust worden van onze verborgen elementen van zefzuchtigheid en al onze verlangens vervangen door onzelfzuchtige liefde, dan zal de kracht van de Kundalini deze motivatie versterken en ons helpen om vereniging te ervaren met de Universele Spirit.
Kundalini in Tibetaanse Boedhisme
Boeddhisme noemt de Prana- en Shakti-energie die door het lichaam bewegen, de winden. Boeddhistische leringen richten zich niet op het manipuleren van de Kundalini shakti en op het manipuleren van de chakra’s.
Het boeddhistische systeem is meer gericht op de transformatie van de kosmische- of natuur-energieën tot spirituele mogelijkheden. In het Boeddhisme worden de “zaad-mantras of oeroude geluiden” geassocieerd met de doorlopende stroom van energieën en hun interacties. De Boeddha leerde zijn leerlingen zich te richten op en werken met de “prajna”, de wijsheid van het hart, omdat de wijsheid van non-duaal bewustzijn tempert en harmonie creëert in de kracht van de Kundalini Shakti.
Traditionele Tibetaanse boeddhistische monniken ervaren in het algemeen een actieve energie door het centrale kanaal. De boeddhistische benadering is veilig en zeer effectief om de latente onbewuste krachten te zuiveren zodat een gezonde verbinding kan worden gemaakt met de verschillende chakra’s. Wanneer de monniken bewust worden van deze latente energieën, die de oorzaak zijn van blokkades en weerstand, zullen de winden (Shakti) op een natuurlijke en veilige wijze het centrale kanaal, de Sushumna, binnengaan zonder de behoefte van opzettelijke manipulatie. De verbindingen tussen de chakra’s stromen op een natuurlijke manier en dit maakt het mogelijk om de verschillende bewustzijnsniveaus die verband houden met de chakra’s, te verlichten.